zaterdag 28 mei 2011

werkzaamheden

Na het verhaal van Hans over de Tench Lifters hebben een paar mensen mij gevraagd of ik niet ook voor anderen dobbers zou willen maken. Op die verzoeken ga ik graag in. Arjen bestelde een setje dobbers voor verschillende omstandigheden en die set ben ik nu aan het maken. Daarnaast heeft Marcel Pomp (Vispomp) nog steeds een paar vlokdobbers tegoed van mij. Sorry Marcel, om verschillende redenen heeft alles een tijdje stil gelegen, maar ik doe mijn best er iets moois van te maken. Ben wilde ook wel wat dobbertjes en ook die zijn in de maak.
Hieronder een paar foto's van de voortgang.


Halffabrikaten

De eerste laag lak erop

De oogjes bevestigd

Drogen na het lakken

Nu moeten de witte kleur van de antenne, de rode of oranje punt en de eventuele zwarte bandjes er nog op, en dan een week lang iedere dag een laagje glasheldere dunne lak erop, tot ze eruit zien alsof ze met een dikke laag glas overtrokken zijn en dan kunnen ze naar hun respectievelijke nieuwe eigenaars. Ik hoop dat die er veel mee zullen vangen.

woensdag 25 mei 2011

reacties

Ik kreeg bericht dat het plaatsen van reacties niet voor iedereen goed werkt. Na een kleine aanpassing is dat verholpen.

maandag 23 mei 2011

Tench Lifters

Het zeeltvissen lijkt aan populatiteit te winnen en daarmee worden ook de voor zeelt bedoelde technieken en materialen veel meer besproken. Medelichtervisser Hans (Kruim op je kurken) heeft ze ingezet voor het vissen op karper, zijn specialiteit. Ook andere lichtervissers gebruiken mijn creaties inmiddels met plezier en dat geeft mij dan weer veel voldoening. Het is fijn om te zien dat anderen je werk waarderen. Inmiddels heb ik nog een nieuw ontwerp opgenomen in het kleine rijtje van dobbers die ik maak. Hele lichte, zeer stabiele pennetjes die heel geschikt zijn voor ondiep en begroeid water waarin gevist wordt op voorzichtig azende vissen. Ik heb ze nu een paar keer gebruikt en ik kan al vertellen dat je kunt zien dat er een vis langszwemt, op een halve meter afstand... Hier staan ze, samen met wat nieuwe zeeltdobbers, samen op de foto.

zondag 16 mei 2010

Lopende projecten

Op dit moment ben ik bezig met het maken van meer van de zeeltdobbers. Een paar voor mijzelf en een paar voor de lichtervisser die met het idee kwam. Ze zijn bijna af. De lat leg ik telkens iets hoger en ik heb besloten dat ze de deur niet uitgaan voordat ik er echt tevreden over ben. Ze zijn weliswaar nog niet perfect, maar ze moeten wél goed zijn. Een lakfoutje is gemakkelijk te herstellen, dus dat kan ik dan ook maar beter doen.



Naast de zeeltdobbers zijn er nog mensen die vlokdobbertjes te goed hebben van mij en voor mezelf moeten de karperdobbertjes weer worden aangevuld, want die heb ik bijna allemaal weggegeven vorig jaar.


In de kruipruimte, die ik van de week weer eens bezocht heb omdat er nog twee groepen moesten worden aangelegd voor oven en wasmachine heb ik een heleboel oud kabelwerk van de PTT gevonden. Dat deed niets meer en omdat ik de boel toch eens moest opruimen heb ik alles wat ik aan loze leidingen en andere troep tegen kwam mee terug naar boven genomen. Het koperwerk van de PTT zag er nog prima uit en het draad heb ik bij wijze van experiment tot oogjes verwerkt. Ze zijn iets minder stevig dan oogjes van 0,5mm RVS, maar wel veel kleiner en eleganter. Voorlopig maak ik mijn oogjes met koper denk ik. Alles is afgelakt en in mijn provisorische maar niet eens heel onhadige droogrekje staat nu de hele boel rustig te wachten tot de bootlak droog is.

dinsdag 11 mei 2010

Introductie

Op mijn andere blog, Glasvezel en Kurk, schrijf ik al een tijd lang verhaaltjes over mijn visdagen, knutselwerkjes en andere dingen zolang ze maar iets met vissen te maken hebben. Via een toegevoegd programmaatje kan ik zien op welke manier mensen de site vinden en het valt me op dat steeds vaker bezoekers binnenkomen nadat ze gezocht hebben op "dobbers maken", "vlokdobbers" of "dobberbouw".
Omdat er kennelijk behoefte bestaat aan meer informatie over hoe je zelf dobbers maakt heb ik besloten een tweede blog te registreren. Hier zal ik in het vervolg wat dieper ingaan op hoe ik dobbers maak en andere dingen die daarmee verband houden.

dinsdag 27 april 2010

nieuwe dobber


Het gericht vissen op zeelt is waar ik me de komende tijd meer op wil gaan toeleggen. Niet dat ik dan gelijk een 'specimen hunter' word, die aan het eind van het seizoen gefrustreerd naar buiten kijkt omdat er geen vis van 60 centimeter is gevangen, maar het spelletje wil ik graag leren beheersen. Er zijn genoeg mensen die het voor elkaar krijgen om in een zomer enige tientallen zeelten te vangen en ik wil graag leren hoe dat moet. Mezelf verdiepen in de technieken die beschikbaar zijn is natuurlijk handig.

Lichtervisser Christiaan was de eerste die me de goede weg wees. Hij plaatste een foto van een zogenaamde "tench lifter" op het forum. De bijbehorende techniek was snel gevonden. Je neemt een pen met een lange antenne. Het drijflichaam bevindt zich laag, de top van de antenne laat je het best wat dikker en met een groter drijfvermogen dan de antenne zelf.


Die pen wordt uitgelood met net genoeg lood om te gaan staan, maar dan dus met de antenne nog boven water uit. Vervolgens plaats je een loodje dichtbij de haak. Dat loodje moet zwaar genoeg zijn om de pen nét onder te trekken. De afstand tussen het loodje in kwestie en het topje van de antenne is gelijk aan de waterdiepte, bepaald na peilen. Het aasgedrag van de zeelt maakt het vervolgens af. Een zeelt pakt het aas en komt daarna iets omhoog. Daarbij tilt hij het onderste loodje op en de antenne komt het water uit.



Volgens mij heb ik nog niet eerder zo lang zitten prutsen voordat ik een toonbare pen had geproduceerd. De bankschroef op mijn bureau is gelukkig een hele hulp, maar de verschillende lagen contrasterende verf en de wikkelingen om de antenne een beetje stijf te houden hebben me nog best wat moeite gekost.

maandag 13 juli 2009

Vlokdobbers

Joop verspeelde toen wij samen de winde achter de schubben gingen een vlokdobbertje, nog gemaakt door dobberbouwlegende Leo Besters. Het dingetje was gelukkig tussen de stenen gedreven, dus met een klein beetje klimmen kon ik het redden. Joop vond dat ik het maar mee naar huis moest nemen. Dat heb ik gedaan, maar niet om de vlokdobber aan mijn verzameling toe te voegen. Mijn idee was om er snel een flink aantal kopieën van te maken, zodat niet alleen ik, maar ook anderen in de toekomst nog met deze mooie vinding kunnen vissen. Het origineel mag binnenkort weer bij Joop in de kast mooi gaan zijn tussen alle andere hengelsportbijzonderheden in zijn hobbyruimte.

De ouderwetse vlokdobber is in wezen een simpel ding. Een bolknakje met een vlakke bovenkant, het enige bijzondere is het vernieuwende van het ontwerp en de kleur van het dobbertje. Van balsa heb ik al snel een aantal gelijkvormige sigaartjes gevormd en de holle antenne die zo kenmerkend is voor alle latere vlokdobbers is gemaakt van de stokjes van wattenstaafjes.

De oranje en gele verf zijn me wel bekend, die gebruik ik al langer voor andere pennen, de zwarte verf lijkt me erg op schoolbordenverf. Een klein experimentje bevestigt dat. Het origineel staat precies goed met 1 SSG-loodje (1,5 gram) dus dat zet ik alvast op de dobbertjes. Ik moet nog wel iets verzinnen op de combinatie van gele verf en oranje verf. Nu liepen ze, zelfs na 24 uur droogtijd, nog in elkaar over. Misschien helpt tussentijds schuren nog wel. Dat zal de volgende keer blijken, maar vooralsnog ben ik het na een aantal pogingen best eens met de manier waarop ze gekleurd zijn. Ik zal de verf nog iets verdunnen, en dan zijn mijn namaaksels waarschijnlijk niet meer van de echte te onderscheiden.

Gisteravond heb ik ze even getest. Al snel bleek dat ik toch iets anders te werk ben gegaan dan Besters. Mijn dobbertjes kunnen maar net aan boven blijven met 1,5 gram loodbezwaring. Het kan zijn dat mijn balsa een iets grotere dichtheid heeft, of dat de laag schoolbordenverf bij mij door het dopen wat dikker is geweest. De volgende serie moet ik dus een heel klein beetje dikker of langer maken, maar dat is niet zo'n probleem. Wat wél fijn is, is dat ik met anderhalve gram lood, een dobbertje en een vlok brood meer dan 20 meter kan werpen.

De windes laten zich overal goed zien. Ze gedragen zich een klein beetje als dolfijnen: ze doorklieven het oppervlak eerst met de kop en vervolgens zie je de rug en als laatste de staart. Ik bedenk me dat het toch niet vreselijk moeilijk moet zijn om ze te vangen, maar dat valt toch nog vies tegen. Gestrooide korsten worden binnen de tijd die ik nodig heb om mijn haak van aas te voorzien al gekaapt door meeuwen, die als bakstenen lijken te ontstaan uit het niets. Met maden bereik ik helemaal geen jota en een vlok wordt ook met rust gelaten.
Een ruisvoorn zwemt zichtbaar onder het oppervlak voor de plompen langs. Ik trek de dot maden tot vlak voor zijn neus en de vis doet precies wat ik hoop. Hij zuigt de toch niet kleine hoeveelheid aas snel naarbinnen en vervolgt zijn weg. Van de dobber heeft hij geen last. Ik heb op mijn beurt weinig moeite met de vis, die 26 centimeter lang is. Best een aardige voorn, maar aan een vijfgrammer is het geen waardige partij.


Een winde van nog geen 15 centimeter weet ik wat later nog te haken. Die kan helemaal niet laten zien wat hij waard is, maar ik hoorde hem nog wel zachtjes zeggen dat hij zijn moeder wel ging roepen...